Vooronderzoek.
In september 2006 is een begin gemaakt aan het Vooronderzoek. In dit Vooronderzoek is bepaald met welke
problemen onze nationale luchthaven de komende jaren te maken krijgt als het niet uitbreidt. Met medewerking
van een vakgroep van de Provincie Noord-Holland zijn er een achttal alternatieven opgesteld, die door middel
van een gedetailleerde Multi Criteria Analyse zijn bekeken. De conclusie hieruit was dat op de korte termijn
het beste de huidige situatie verder geoptimaliseerd kan worden. Dit komt overeen met het huidige beleid van
de Nederlandse overheid. Voor de lange termijn ligt de beste oplossing in de Noordzee. Er zal uitgebreid
moeten worden door middel van een kunstmatig eiland in zee.


Hoofdonderzoek.
Met het Vooronderzoek als basis is begonnen aan het Hoofdonderzoek. Uitgaande van het Nederlandse deel
van de Noordzee is er een inventarisatie gemaakt van mogelijke locaties. Deze studie is gedaan met behulp van
gegevens van TNO, het KNMI en Rijkswaterstaat. Een locatie, net buiten de 12-mijlszone, op circa 45 kilometer
vanaf het centrum van Schiphol blijkt de meest geschikte locatie te zijn.
Hierna is met behulp van computermodellen, handmatige berekeningen en overleg met Boskalis een ontwerp
gemaakt voor de kustconstructie van het eiland. Het toepassen van één tussenberm zorgt ervoor dat het
grondlichaam zo hydraulisch gunstig mogelijk functioneert.
Voor het eiland zelf is het watermanagement onder handen genomen. Zo zal een groot deel van de neerslag
worden hergebruikt als drinkwater. Met behulp van de Memstill Technology, een membraanfiltratie techniek,
zal zout zeewater gezuiverd worden tot drinkwater. Het eiland zal zoveel mogelijk zelfvoorzienend zijn. Naast
het maken van drinkwater zal het ook haar eigen afvalwater zuiveren door middel van een afvalwater-
zuiveringsinstallatie. Een compleet rioleringsontwerp is ontworpen met medewerking van Tauw.
De indeling van het eiland is ook zeer belangrijk. Uiteindelijk is het ontwerp zodanig dat alle faciliteiten op een
oppervlak van 500 hectare past. Op het eiland bevindt zich onder andere een haven, die voor de bevoorrading
van het eiland zorgt. Het eiland heeft één start- en landingsbaan, één terminal met een viertal gates, een
hotel en hangars.
Naar het eiland, 'Nieuw Holland' genaamd, zal een spoorverbinding komen. Na onderzoek is besloten deze door
een afzinktunnel te laten gaan. Deze variant zorgt voor weinig ecologische verstoringen, is uiterst veilig en
makkelijk te realiseren. De prefab-elementen hebben drie buizen: twee voor de treinen en één als vluchtgang
(incl. kabels en leidingen). Om de 4 kilometer is er een wachtruimte, waar de mensen tijdens een noodgeval
opgevangen kunnen worden. De sporen zullen via een landtracé op het bestaande netwerk van de NS
aansluiten, zodat een snelle verbinding naar luchthaven Schiphol ontstaat. Gesteld is dat de reistijd voor de
passagiers, van stoel-tot-stoel, binnen de 45 minuten moet blijven.
De kosten voor het aanleggen van het eiland (excl. luchthavenfaciliteiten) en de aanleg van de tunnelverbinding
wordt geraamd op circa 3 miljard Euro. Nieuw Holland moet binnen 6 jaar volledig operationeel kunnen zijn.